Samenzingen is het begin van de muzikale opvoeding van onze kinderen. Zingen op jonge leeftijd bevordert niet alleen het gebruik van de stem, het gehoor en het ritme, maar bepaalt tevens de ontwikkeling en kwaliteit van het bespelen van een muziekinstrument op latere leeftijd. Het is jammer te moeten constateren dat de huidige generatie PABO juffen en meesters het zingen met kleuters veelal aan hun oudere collega's of kundige ouders moeten overlaten omdat zij zelf niet kunnen/willen zingen. Vakleerkrachten muziek worden wegbezuinigd en ook het zingen thuis is niet meer zo vanzelfsprekend. Op de muziekscholen kan er volop gezongen worden en in alle genres, maar een complete 'koorscholing' is meestal een beperkt onderdeel van het curriculum. Een degelijke klassieke koorscholing wordt in Zuid-Limburg alleen nog verzorgd door de Limburgse Koorschool Cantarella in Beek. De kinderen leren hier nog solfège, krijgen ademhalings- en houdingsoefeningen, stemvorming, meerstemmig zingen en treden geregeld op in korenfestivals of participeren in uitvoeringen van professionele gezelschappen als het LSO en Studium Chorale. Met de komst van twee jonge, nieuwe dirigenten lijkt er voor Cantarella een nieuwe episode aangebroken. De koorschool wil bijdragen aan een kwaliteitsimpuls op het gebied van kinderzang en hoopt door schaalvergroting meer kinderen in Zuid-Limburg te kunnen bereiken. Als eerste prikkel hiertoe werd op 4 maart 2012 i.s.m. Opera Zuid een openbare kinderkoorzang workshop rondom 'die Zauberflöte' van Mozart georganiseerd in Theater aan het Vrijthof in Maastricht. Na een korte rondleiding achter de schermen door Opera Zuid kregen de aangemelde kinderen in de bovenzaal van het Theater aan het Vrijthof een drietal (zang-) beproevingen te doorstaan aan de hand van het plot van 'die Zauberflöte'. Aan het einde van de workshop zongen zij tenslotte nog een terzet samen met de 3 Knaben van Opera Zuid! De kinderen en toehorende ouders waren erg enthousiast, een certificaat werd uitgedeeld en na afloop van de workshop bezocht een groot deel van de kinderen samen met hun ouders nog de matinee voorstelling van Mozarts 'Zauberflöte' door Opera Zuid.
Het begin van een culturele carriere?...
0 Comments
Een imponerende publieke aftrap van Maastricht & Euregio Maas-Rijn als kandidaat Culturele Hoofdstad van Europa 2018 viel mij ten deel. In een drukbezocht Theater aan het Vrijthof presenteerde op 7 maart jl. het team van VIA2018 en vele anderen die bij dit proces zijn betrokken de eerste versie van het Bidbook. Een indrukwekkende "krant" met als thema 'Europa herontdekt'. Waar in 1992 het Verdrag van Maastricht vooral werd ondertekend vanuit politiek en economisch perspectief, zo lijkt de gevoelshouding van de burgers t.o.v. de huidige Europese crisis er, volgens economen, o.a. mee te maken te hebben dat er destijds te weinig rekening is gehouden met de verschillende culturen. Het is de Maastrichtse bedoeling om die vergeten paragraaf 'cultuur' aan te halen en, 25 jaar na dato, om te zetten in een Nieuw Verdrag van Maastricht. Het bidbook opent met de aanstekenlijke woorden van Jean Monnet (founding father van de Europese Gemeenschap van Kolen en Staal, voorloper van de Europese Unie) "Als ik Europa opnieuw mocht vormgeven, zou ik beginnen met cultuur!"
Wat jammer dat de PVV fractie van de Provincie Limburg moeite heeft om dit te begrijpen en opnieuw terugvalt op populisme en zich verschuilen achter heilige huisjes en landsgrenzen. De kansen van de kandidatuur van Culturele Hoofdstad én de noodzaak voor deze regio zijn zeker niet voor jan-en-alleman begrijpelijk. Zeker niet nu de meesten merken dat de broekriem strakker moet worden aangehaald, en thema's als vergrijzing, ontgroening en braindrain de komende jaren de politieke agenda's zullen beheersen. Maar juist daarom moeten we deze kans met beide handen aangrijpen! Het waarom stond vandaag perfect verwoord in Dagblad De Limburger. Ik citeer uit Commentaar, Opinie pagina A10 , vrijdag 9 maart 2012: Culturele Hoofdstad Cultuur en economie zijn geen natuurlijke vriendjes van elkaar. De een wantrouwt de ander. Onbegrip overheerst. Cultuur vindt economie al snel plat; economie cultuur elitair. Een kwestie van botsende karakters. met elkaar leven is lastig, langs elkaar heen leven de weg van het zelfgekozen isolement. De een vindt dat de ander het geld verbrast dat de ander zuur verdient. Ook vandaag de dag is dat niet anders: rechts noemt cultuur denigrerend een linkse hobby, waarvoor hardwerkende Nederlanders niet willen betalen. Dat is jammer. Cultuur en economie mogen dan wel geen gezworen kameraden zijn, ze hebben veel meer gemeen dan ze willen toegeven. Beide putten uit dezelfde bron: de menselijke geest die met zijn voortdurende scheppingsdrang steeds opnieuw vorm en inhoud geeft aan het bestaan. Cultuur en economie zijn daarmee eerder bondgenoten dan vijanden van elkaar. Hun temperament mag verschillen, hun drang om het weerbarstige materiaal naar hun hand te zetten niet. Economie én cultuur kunnen samen juist bergen verzetten. Een vermoeide samenleving verrijken, inspireren, van nieuwe brandstof voorzien, nieuwe stippen aan de horizon laten zien. Dat is in de kern dan ook precies wat Maastricht Culturele Hoofdstad beoogt. De titel moet Maastricht, Zuid-Limburg en de omliggende euregio helpen ontsnappen aan middelmaat, negativisme, bevolkingskrimp en bleke betekenisloosheid. Ja, cultuur is daarbij het vehikel, maar economie de onmisbare bijrijder. Culturele verheffing gaat hand in hand met economische verheffing, leren vele voorbeelden in de wereld om ons heen. Jammer genoeg is deze boodschap aan de PVV niet besteed. De partij vindt het maar niks dat Maastricht nadrukkelijk Europa de hand wil reiken bij die zoektocht, hoe logisch en wenselijk dat ook is gezien de historische ligging van de regio in het hart van datzelfde Europa. Maar dat past niet in het bekrompen wereldbeeld van de partij, die Nederland en ook Limburg het liefst helemaal op slot wil doen om dat vermaledijde Europa buiten de deur te houden. Met als rampzalig gevolg een economie die door cultureel zuurstofgebrek stikt." En dát is een toekomst die ik volgende generaties NIET toewens. Met dank aan de auteur van dit opiniestukje, want beter had ik het niet kunnen verwoorden! Doe mee en teken de petitie SAMEN OP WEG NAAR 2018. Je hebt zo van die weken dat alles op zijn plaats lijkt te vallen. Als een kettingreaktie volgen gebeurtenissen elkaar op zonder dat je daar enige invloed op lijkt uit te oefenen. Is het toeval of afgedwongen? Ik zal er geen vinger op kunnen leggen, maar geniet van de kansen die er liggen en de nieuwe energie die het me geeft. Mijn focus op dit moment ligt bij het promoten van ZINGEN. Verschillende projecten uit de zangwereld, van amateur tot professioneel, zou ik liefst met elkaar willen verbinden. Zingen als bindmiddel voor een harmonieuze(re) en gezamenlijke toekomst. Geen SOLOzang (er lopen al genoeg individualisten en ego's op deze wereld rond!), maar SAMENzang met alle harmonieën en dissonanten die hierbij komen kijken. En dus voor ieder wat wils. De zingende revolutie is de informele aanduiding voor de geweldloze revolutie tussen 1987 en 1991 die tot hernieuwde onafhankelijkheid voor de Baltische landen leidde. In de Sovjet-Unie was voor de niet-Russische volkeren het zingen van volksliedjes waarin wat al te nadrukkelijk het vaderland werd genoemd (in Sovjettermen: ‘nationalistische liederen') streng verboden. Gedurende de tijd van de Perestrojka (1987-1991) zong men bij nationale bijeenkomsten en geweldloze demonstraties illegaal traditionele volksliederen, die het gezamenlijk cultureel verleden benadrukten, en het volk hechter maakten. Daaronder waren ook de officiële volksliederen uit de tijd van de onafhankelijkheid (1918-1940): Mu isamaa, mu õnn ja rõõm in Estland, Dievs, svētī Latviju in Letland en Tautiška giesmė in Litouwen. Deze verboden liederen zijn alle drie na 1991 weer het officiële volkslied geworden. Daarom zijn de acties van de onafhankelijkheidsbewegingen Rahvarinne in Estland, Latvijas Tautas Fronte in Letland en Sąjūdis in Litouwen bekend geworden onder de naam Zingende Revolutie. Alle drie de organisaties begonnen met aandacht te vragen voor de ondergeschikte positie van de landstalen tegenover het Russisch en openheid te eisen over het Molotov-Ribbentroppact, dat in 1939 het einde van de onafhankelijkheid van de Baltische landen inluidde. Later radicaliseerden ze en eisten ze herstel van de onafhankelijkheid. Die kregen ze definitief in 1991. Het hoogtepunt van de Zingende Revolutie was de ‘Baltische Weg', een menselijke keten vanaf de Estische hoofdstad Tallinn via de Letse hoofdstad Riga naar de Litouwse hoofdstad Vilnius. De manifestatie werd gehouden op 23 augustus 1989, de vijftigste verjaardag van het Molotov-Ribbentroppact. De keten was 600 kilometer lang en er deden twee miljoen mensen aan mee (bron: Wikipedia). Einde geschiedenis les. Heel even moest ik hieraan denken toen afgelopen vrijdag op het Vrijthof in Maastricht ruim 1500 kinderen met felgekleurde handbelletjes deelnamen aan de grootste carillon-handbellen compositie van Europa ter gelegenheid van het 50-jarig jubileum van het Conservatorium. 'Maastricht bells' als muzikale missie om kinderen uit de Euregio en in alle toonaarden deelgenoot te maken van de kandidatuur van Maastricht als Culturele Hoofdstad 2018. Met handbellen als symbool om het gezamenlijk cultureel verleden te benadrukken. Zoals de carillon (afgeleide van 'Karel') klokken in de tijd van Karel de Grote als boodschappers fungeerden in de regio Aken-Luik-Maastricht en verder. Het Jeugdjournaal en andere media waren ruimschoots aanwezig bij 'Maastricht bells'. En, toeval of niet, in dezelfde uitzending kwam nog een ander onderwerp aan bod: het verlangen van sommigen om het leren zingen van het Wilhelmus in het basisonderwijs verplicht te stellen. De zingende revolutie is geboren. Kun je nog zingen, zing dan mee!
|